Arme Richard Krajicek, het is een jaarlijkse verzuchting geworden. Wanneer te gebruiken? Als een topspeler zich geblesseerd afmeldt voor het ABN Amro Tennis Tournament in Rotterdam, maar hij leent zich ook prima als reactie op een voortijdig gesneuvelde publieksfavoriet. Dit jaar was het Rotterdamse gezucht niet van de lucht, maar de vraag is natuurlijk of dat terecht is.
De schaatssport beleeft dit weekend het seizoenshoogtepunt: de WK Afstanden in Kolomna. Positieve aandacht is welkom, want het is nogal een mager jaar, zeker op sponsorgebied. De ploegsponsors Stressless en Corendon maakten beide onlangs bekend na dit seizoen definitief af te haken. Olympisch kampioen Ireen Wüst vond pas vlak voor kerst een (tijdelijke) hoofdsponsor. KPN is uiterst succesvol als schaatssponsor, maar waarom kwakkelt de rest?
Laten we eerlijk zijn: het schaatsen heeft een probleem. Nederlanders zitten nog altijd massaal voor de buis als Sven Kramer zijn 25 rondjes rijdt tijdens de 10 kilometer van de WK Afstanden, maar de rest van de wereld sukkelt ondertussen in slaap. Als hun televisie al aan staat. Logisch dus dat de International Skating Union (ISU) de schaatssport probeert te vernieuwen.
Wie overdag schrijft voor z’n vak en ‘s avonds ook nog iets doet in de lokale politiek, komt er soms even niet aan toe om ook nog even die eigen blog bij te werken. Ik heb een aantal posts in de pijplijn, maar die zijn daar blijven steken. Daarom als tussendoortje even wat leesvoer dat ik in opdracht fabriceerde.
Het mediajaar 2015 zit erop. Het was een rumoerig jaar, met een sombere boventoon. Op zich logisch, want veel traditionele mediabedrijven worstelen meer dan tevoren met de disruptie van de markt. Tegelijk staan er innovatieve startups op die wel eenvoudig hun weg vinden. Waar leidt dat de mediawereld naartoe?
Voorspellen is lastig, vooral waar het de toekomst betreft. Of valt dat wel mee? Als ik mijn terugblik op het vorige mediajaar teruglees, stuit ik op ontwikkelingen die toen al in gang waren gezet, maar pas in 2015 tot effect hebben geleid. Dit bewijst ook dat de reactie van bedrijven op nieuwe trends uiterst stroperig is. Je hebt immers een bedrijf niet zomaar even gekocht en gereorganiseerd. Toch gaat er veel veranderen.
Vier tijdschriften strijden deze woensdag bij het Mercurs-gala om de titel Magazine van het Jaar. De topfavoriet lijkt Vogue, de grote outsider is hardloopblad Runner’s World. De andere twee kandidaten (Quest en vtwonen) wonnen beide vorig jaar net niet, dus wellicht nu alsnog? Voor MarketingTribune interviewde ik de vier hoofdredacteuren van de genomineerde tijdschriften.
Vier bevlogen professionals met resultaten die er niet om liegen. Voor mij alle vier nu al een winnaar. Al kan er maar eentje met de hoofdprijs naar huis. Lees hier hun meer markante uitspraken. Meer lezen? Klik dan door naar de complete interviews. Dit citaat van Karin Swerink (Vogue) mogen we alvast allemaal ter harte nemen in deze tijden van kille sanering: “Wie mooie dingen wil maken, moet investeren.”
Voor mij is 2015 zakelijk gezien echt een geweldig jaar geweest, waarin ik meer ben gaan schrijven voor Emerce en mooie klussen heb gedaan voor onder meer Thuiswinkel.org en Stichting Esprix. Maar ook op de valreep valt mij nu als freelance journalist nog een nieuwe structurele klus ten deel: vakblad MarketingTribune, waar ik al voor werk, heeft een nieuwe beheerder aangesteld voor het eigen platform Sponsoring, en dat ben ik geworden. Als platform-manager doe ik al de webredactie voor twee andere MT-platforms, Media en Bureaus, maar daar komt vanaf nu dus ook Sponsoring bij. Zodoende was ik even zélf nieuws op MarketingTribune.nl…
Jeroen Mirck (43) schrijft sinds eind jaren ’90 vakmatig over marketing en sponsoring, onder meer voor Adformatie, Festivak, QM en Emerce. Hij is als freelance journalist sinds september 2013 verbonden aan MarketingTribune. Voor de website schrijft hij dagelijks over media en reclame, en dat deed hij korte tijd ook over retail. Vanaf december 2015 is hij ook de platformmanager van de sectie Sponsoring, die voortkomt uit het voormalige vakblad SponsorTribune, dat door uitgever BBP Media is geïntegreerd in MarketingTribune.
Geef maar toe: als persoonlijk of zakelijk blogger ben je stiekem wel eens jaloers op al die fashion- en lifestyle-bloggers bij wie het geld moeiteloos lijkt binnen te stromen. Mooie jonge vrouwen die schrijven of vloggen over lipgloss, jurkjes of millennial-trends, nonchalant ogend met hun ‘just-out-of-bed’-look waar ze uren aan hebben lopen stylen. Bedrijven betalen grif voor ‘free’ publicity op hun blogs of huren hen in als ambassadeur. Afgelopen week ontstond echter een barstje in dit jubelverhaal: fashion-netwerk Creators of Desire heeft bekendgemaakt te stoppen met bijna al zijn modeblogs. Hipster-alert dus: wat is er loos met de trendblogs?
Van MarketingTribune verscheen deze week de Cannes-special, inhakend op het internationale reclamefestival dat komend weekend losbarst in de Zuid-Franse badplaats. Voor deze special schreef ik twee dubbelinterviews met telkens een opdrachtgever en het bijbehorende reclamebureau. Hoe werken zij samen?
Zelf hoor ik de vraag vaak: “Bij welk bureau zit die klant?” Mensen die in reclame of communicatie werken, zullen het zich regelmatig afvragen. Zeker na het zien van een merkcampagne die wellicht nog een goede online doorvertaling nodig heeft. Welnu, voor al die klantgerichte salesmanagers, creatieven, bureaudirecteuren en zzp’ers is er sinds kort de website WieZitBijWie.nl. Daar kun je opzoeken welke klanten en bureaus met elkaar werken.
Vanavond worden de Webby Awards uitgereikt, voor de beste websites ter wereld. Vijf Nederlandse reclame-, internet- en designbureaus mogen op het gala in New York een prijs komen ophalen. Onlangs zaten ze allemaal aan tafel bij De Wereld Draait Door. Voor MarketingTribune legde ik ze allemaal vijf vragen voor over de Webby’s, websites en hun werk. Die vijf interviews verschenen de afgelopen dagen op MarketingTribune.nl. In dit overzicht staan niet alleen links naar deze vijf interviews, maar ook de vijf antwoorden op de vraag wat het grote misverstand is over websites bouwen.