Lange teksten schrijven voor internet

Op internet geldt de vuistregel: schrijf je teksten kort, korter, kortst! Dat is allemaal prachtig, maar hoe ga je dan te werk als je toch een lang verhaal te vertellen hebt? Zelf ben ik van origine een langetekstenman: geschoold als printjournalist, jarenlang gewerkt in de vakbladjournalistiek, bij bladen als Adformatie en Emerce. In die branche geldt content als meerwaarde, dus moet je als uitgever vooral laten zien hoeveel content je wel niet hebt. Natuurlijk is dat de laatste jaren veranderd, want de lezers van vakbladen maken simpelweg de tijd niet meer om al die dikke stapels papier door te bladeren. Toch bleef de content die ik produceerde relatief lang, ook voor het web. Hoe zorg je er dan voor dat mensen niet wegklikken?

Koppen en intro’s
Allereerst zijn de koppen en intro’s bij langere webteksten natuurlijk van doorslaggevend belang. Wees daarin concreet, informatief en prikkelend. Lezers willen bij voorkeur gelijk zien waar een artikel over gaat. Een beetje teasen kan soms best, maar doe dat met mate.

Qua koppen en titels is er een wezenlijk verschil tussen print en web. Waar je in print vaak juist bedrijfsnamen weglaat uit koppen omdat dat al snel als te commercieel of zelfs een platte advertorial overkomt. Is dat op internet veel minder een probleem. Sterker nog: je moet ook rekening houden met de vindbaarheid van je stuk, dus zet er vooral Unilever boven in plaats van het o zo journalistiek verantwoorde ‘wasmiddelengigant’. Op die laatste term zoekt geen mens, dus levert het een kansloze kop op.

Zeker bij langere online teksten moet de intro direct duidelijk maken wat voor tekst de lezer voorgeschoteld zal krijgen. Geen open deuren dus zoals “De ontwikkelingen op internet voltrekken zich de laatste jaren razendsnel…” Bij teksten die verschillende deelonderwerpen behandelen, is het belangrijk om dat allemaal te benoemen in de intro. Maar doe het wel een beetje teasend, dus geen langdradige opsomming van wat komen gaat.

Vrijheid
Wie schrijft voor een (corporate) blog hoeft zich niet per se te houden aan de verplichting om een intro of lead te schrijven, want blogs zijn vaak doorlopende verhalen, een soort columns. Je hoeft er dus niet koste wat kost een intro voor te zetten, maar naarmate een tekst langer wordt is dat wel aan te bevelen.

Tussenkoppen zijn alles behalve verplicht. Persoonlijk heb ik er in webteksten een hekel aan, omdat het zo ‘papierig’ aandoet. En als je ze dan al gebruikt, wees er dan wat vrijer in dan die gebruikelijke eenwoordige tussenkoppen in kranten en tijdschriften (zoals het woordje ‘Vrijheid’ hierboven). Toch helpen ze zonder meer om een lange tekst leesbaar te houden.

Wat ik wel een absolute must vind, zijn witregels tussen alinea’s. Op internet moet je alinea’s visueel van elkaar scheiden, teneinde de leesbaarheid optimaal te houden. Lange blokken tekst zijn het ultieme middel om lezers weg te jagen. Zonder witregel kunnen twee alinea toch nog steeds één lijken, en dat wil je gewoon niet.

Stijl en jargon
Tot slot schrijfstijl en jargon. Hoewel is allergisch ben voor vakjargon, ontkom je er op een vakgerelateerde website vaak niet aan. Stel jezelf wel altijd de vraag: moet ik die vakterm gebruiken of is een generieker woord even duidelijk? Soms kan het wenselijk zijn om juist wel veel jargon te gebruiken, om niet als leek versleten te worden.

Wat te doen met die moeilijke termen? Op internet kun je die natuurlijk altijd laten linken naar de pagina op Wikipedia die even fijntjes uitlegt wat het ook alweer precies is. Handig voor lezers die het liever niet aan een collega vragen, om diezelfde reden: stel je voor dat ze je dom vinden. Nog beter is trouwens om een leuk vak-alfabet in te richten op die eigen vaksite. Altijd leuk als naslagwerk of gimmick, en je houdt je publiek ook nog langer vast dan als je ze naar Wikipedia of Google stuurt.

Stijl is subjectief: afhankelijk van je doelgroep met je jezelf een serieuzer of jovialere schrijfstijl aan. Persoonlijk vind ik dat een grapje of kwinkslag tussendoor gewoon moet kunnen. Niks is zo geestdodend als webteksten die klinken als bedrijfsbrochures. Afhankelijk van je doelgroep kies je ook over ‘jij’ danwel ‘u’. Mensen direct aanspreken werkt sowieso goed. Draaf daar echter niet in door. Als je in elke zin je potentiële klant met ‘u’ aanspreekt, wordt het nogal gekunsteld.

Mocht je met meerdere mensen een zakelijke site beheren, stel dan een stijlboek in waarin je dit soort vormkwesties vastlegt. Eenduidigheid is namelijk de basis om lezers te laten terugkeren, en ik neem aan dat het jou/u daar om is te doen.

Een (langere) versie van deze bijdrage staat als Best Practice in het zojuist verschenen boek ‘Schrijven voor het web & social media’ van Annelies Verhelst en Victor Peters, uitgegeven voor Van Duuren Media.

Tags: , , , , , , , ,

7 Responses to “Lange teksten schrijven voor internet”

  1. Danielle Says:

    En als je dan deze basis onder de knie hebt kan je door met een nieuw uit te komen boek, waar ik nu al fan van ben, aangezien ik de schrijver zijn werk erg goed ken. Het heet “Verleiden op internet. Hoe maak je een website onweerstaanbaar?” van Aartjan van Erkel en gaat over hoe je verleidelijk kan schrijven. Veel plezier, 10 mei komt t uit.

  2. Jeroen Mirck Says:

    @Danielle: Dank voor de aanvulling. Volgens mij is er een hele reeks boeken die je samen vertellen hoe je online communiceert. Gisteren was ik bijvoorbeeld bij de lancering van ‘Get Social’ van Jeanet Bathoorn, uitgegeven door Scriptum. En voor wie boter bij de vis wil heb ik ook nog ‘Geld verdienen met social media’ van Cor Hospes (Haystack) op mijn nachtkastje liggen. Binnenkort probeer ik ook aandacht te besteden aan deze boeken.

  3. cor Says:

    kijk uit naar je recensie.

  4. JeroenMirck.nl » De Ochtend: internet maakt ons dom Says:

    […] We veranderen door de ontwikkelingen op internet. Meestal is zo’n openingszin positief bedoeld, maar niet als het aan Nicholas Carr ligt. Volgens hem hebben onze hersenen namelijk flink te lijden onder de razendsnelle zapcultuur die internet is. Carr brak door in 2008 met het veel geciteerde online essay ‘Is Google making us stupid?’ […] Langdurig lezen lukt niet meer. Vandaar dat bloggers als ik tips geven hoe je lange teksten toch nog behapbaar kunt aanbieden op internet.

  5. tex rijnders Says:

    Jeroen, hoe was Jeanet Bathoorn?

  6. Jabir Says:

    Longcopy heerst :-)

  7. Sociaal en conversiegericht schrijven Says:

    […] Voor wie schrijf je, welk medium kies je, hoe sociaal ben je? In mijn presentatie geef ik handvatten over het gebruik van sociale media binnen organisaties. Over reaguurders, over de interne en externe valkuilen, over zenden versus converseren. Lees ook mijn eerdere blogpost over schrijven voor het web. […]

Leave a Reply